Niemand die oorlogstrauma’s zo treffend in animatie vangt als Ari Folman, die in 2008 de klassieker Waltz with Bashir maakte. Ook in Where is Anne Frank vermengt hij oorlog, identiteit en geheugen tot een bijzondere animatiefilm. ‘Ik kom uit een familie van Holocaust-overlevers. Mijn hele kindertijd lang hadden mijn zussen en ik iets van: we willen het niet meer horen.’
Acht jaar geleden werd Ari Folman door de Anne Frank Foundation in Basel gevraagd om het verhaal van de beroemde Joodse schrijfster naar een nieuw en jong publiek te brengen. Eerst was er twijfel bij de Istraëlische, Oscargenomineerde regisseur van Waltz with Bashir. ‘Ik wilde pauze nemen van animatie’, vertelt hij vanuit zijn thuisbasis in Tel Aviv, waar hij met een coronabesmetting zit. En dat terwijl hij normaal zijn nieuwe film zou voorstellen tijdens het Nederlandse animatiefilmfestival Kaboom.
‘Mijn vorige film, The Congress, was een zware productie. Toen had ik nog geen flauw benul van wat me te wachten stond met Where is Anne Frank. (lacht) Tegelijkertijd dacht ik dat alles al wel gedaan was, als het om Anne Frank gaat. Dat er niets nieuws te vertellen was. Ook kom ik uit een familie van Holocaust-overlevers. Het was bijna een religie bij ons thuis. Mijn hele kindertijd lang hebben mijn zussen en ik zoiets gehad van: we willen het niet meer horen. Maar zodra ik het dagboek had herlezen, voelde ik de noodzaak om deze film te maken.’
De film volgt Kitty, de persoon waaraan Anne haar dagboek richt, door het Amsterdam van de eenentwintigste eeuw. Daar verbaast ze zich over de vele gebouwen en instanties die vernoemd zijn naar haar vriendin. ‘Het kwam door het excessief lezen van het dagboek dat ik uiteindelijk op het idee kwam om Kitty tot de hoofdpersoon te maken. Ik vroeg me af hoe zij eruit zou zien en vanaf daar zijn we begonnen met illustreren. Pas toen dacht ik: oké, we hebben Kitty. Wat gaat het verhaal nu worden? Zo kwam ik op het gegeven dat Kitty niet weet welk jaar het is, en dan ziet ze plotseling overal de naam van haar vriendin staan.’
Het is een interessante vraag: wat als iconografie een persoon begint te overstemmen? The Congress (2013), een verfilming van het gelijknamige boek van Stanislav Lem, lijkt zich bezig te houden met hetzelfde thema. Actrice Robin Wright verkoopt haar beeltenis aan Hollywood, zodat ze nooit meer live aanwezig hoeft te zijn op een set maar “gesampled” kan worden. Lege iconografie. ‘Ik weet niet of ik zelf die connectie zie. Wel gaan beide films over identiteit. Dat heeft me altijd bezig gehouden. Identiteit en geheugen zijn thema’s die constant terugkeren in mijn werk. Ik geloof dat veel problemen die vandaag de dag spelen terug te leiden zijn tot identiteit. Ik geloof dat vragen rondom identiteit ons constant uitdagen. Seksuele identiteit, persoonlijke identiteit. Alles gaat uiteindelijk over de vraag: wie ben je?’
Anne Frank, de realityreeks
In de film ontpopt Kitty zich tot activist binnen de vluchtelingencrisis. ‘Dat kwam pas laat in het proces. Ik wilde hoe dan ook het verleden met het heden verbinden en de nalatenschap van Otto Frank eren door kinderen in oorlogsgebieden te helpen. Dat was belangrijk voor mij. Toen ik in 2014 aan de film begon las ik een verhaal over de “Bosnische Anne Frank” (Zlata Filipovic, nvdr.).’
‘Ik wilde het verleden met het heden verbinden en de nalatenschap van Otto Frank eren door kinderen in oorlogsgebieden te helpen.’
Dagboek van Zlata beschrijft de verschikkingen van de oorlog in Saravejo, door de ogen van een dan dertienjarig meisje. ‘Het waren de begindagen van het internet. Elke dag schreef ze in haar virtuele dagboek. De belegering duurde iets van drie jaar. Op een gegeven moment landt er een Franse televisieploeg in het dorp en neemt haar mee naar Parijs voor een interview. Aan het eind van het interview vragen ze haar: Wat gaat er met jou gebeuren? En toen zei ze: “Ik ben Anne Frank. Ik ben de Bosnische Anne Frank. Ik zal sterven zoals Anne Frank.” Toen hebben ze haar terug naar Bosnië gevlogen, waar ze door is gegaan met dat dagboek.’
‘Dat verhaal vond ik zo verbijsterend dat ik er de oorspronkelijke derde akte van de film op heb gebaseerd. Het moest een soort realitycompetitie worden: wie wordt de nieuwe Anne Frank? Waarbij ze tien meisjes uit oorlogsgebieden zouden verzamelen om uit het dagboek voor te lezen. Maar dat was te cru. Niemand zou daar in hebben geïnvesteerd. Niet lang daarna begon de vluchtelingencrisis en toen dacht ik: hier moet de derde akte over gaan. Dat is het een van de weinige voordelen aan een animatieproductie, wat over het algemeen een hel is — omdat het maakproces trager is heb je soms tijd om dingen aan te passen. Ook nog laat in het proces.’
Griekse mythologie
De laatste akte van het leven van Anne Frank, de nog niet eerder in film getoonde laatste zeven maanden die ze doorbracht in Auschwitz en Bergen-Belsen, waar ze uiteindelijk overleed, bekijkt Folman door de lens van de Griekse mythologie. ‘Dat was een van de obsessies van Anne Frank. Voor mij zijn die Griekse verhalen ook iets wat ik koester en uitvoerig heb bestudeerd. Ik zag een bepaalde parallellie tussen de methoden van de nazi’s en de omschrijvingen van de Griekse onderwereld: de treinen en de veerboten, het achterlaten van bezittingen, Mengele als Hades, de koning van de onderwereld. Ik wilde dat die Griekse elementen mooi geanimeerd werden maar dat de vertelstem verkondigde wat er daadwerkelijk was gebeurd. Dat voelde nieuw. Dat voelde als iets nieuws.’
‘Ik zag een bepaalde parallellie tussen de methoden van de nazi’s en de omschrijvingen van de Griekse onderwereld’
Het Achterhuis uit de film is een miniatuurmodel. Daarop werden de personages geanimeerd. Om dit voor elkaar te krijgen maakte Folman gebruik van het team van Wes Anderson in Londen die ook Fantastic Mr. Fox en Isle Of Dogs animeerde. ‘Ik geloof dat het de eerste keer in de geschiedenis van cinema is: een stop motion-achtergrond met daarop de geanimeerde personages in 2D. Dus het hele Achterhuis hebben we handgemaakt en met stop-motion geschoten op borescopecamera’s. Zelfs de radio die je ziet is met de hand gemaakt. Dat was geweldig. Ik ben zo verliefd geraakt op die techniek dat ik op een gegeven moment heb overwogen de hele film stop motion te maken. Maar dat was niet realistisch, onder andere vanwege het budget. Die droom heeft me een jaar gekost.’
Rekbaar budget
Hoe had Folman het twintig jaar geleden aangepakt? ‘Niet, want ik had geen twintig miljoen euro om de film te maken. Weet je, Waltz with Bashir heb ik voor anderhalf miljoen gemaakt. Toen ik naar Cannes ging zei mijn agent tegen mij: “Zeg tijdens de persconferentie maar niet dat het maar anderhalf miljoen heeft gekost, dan gaan ze of denken dat je mensen hebt uitgebuit of willen ze niet betalen wat de film verdient. Dus toen heb ik gezegd dat de film 2,5 miljoen kostte. Dus daarvoor? Twintig jaar geleden? Ik zou niet weten hoe ik dat aan had moeten pakken.’
En de toekomst? Toch weer dat helse proces van een animatiefilm door? ‘Ik ben verslaafd aan animatie. De goede kanten en de slechte kanten. Dus ik kan wel zeggen dat dit de laatste was, maar dan zou ik mijzelf niet geloven. Ik ben bezig met een televisieserie en wil misschien iets live action gaan doen. Maar vroeg of laat keer ik terug naar animatie. Als het aan mij ligt. Ja, natuurlijk.’
Where is Anne Frank speelt vanaf 7 april in de Nederlandse bioscoop. Vanaf 13 april kan je de film via VOD in België bekijken.
Genoten van dit artikel? Neem een jaarabonnement op Humbug en ontvang elk kwartaal een oogstrelend magazine in je bus. Zo maak je meteen ook onafhankelijke filmjournalistiek mogelijk.