top of page
Ans Van Gasse

De sterrengekte van Wes Anderson

Bijgewerkt op: 22 jun. 2023

Wes Andersons nieuwste film Asteroid City is een hoogtepunt van zijn gestileerde aanpak, maar blijft oprecht, herkenbaar en vermakelijk.

In 'Them!' trap je de mieren niet zomaar plat.
Naar sterren staren in de woestijn in 'Asteroid City'.

Bijna elke film van Anderson bevat een onderstroom van melancholische, vaak rouwende gevoelens, maar nooit eerder vormen die zo expliciet het centrum van zijn vertelling als hier, in Asteroid City.


Hoewel we Anderson kennen voor zijn pastelkleuren, poppenkastsets en uitgestreken acteerprestaties, typeren zijn films zich door personages wier onbehaaglijke levenshouding door elkaar wordt geschud. The Grand Budapest Hotel (2014) is dan wel een jolige buddy comedy, maar vooral een verhaal over volhouden in de schoonheid van gisteren, aan de vooravond van een wereldoorlog. Moonrise kingdom (2010) is dan weer een geestige coming of age-film over de bitterzoete kalverliefde tussen verloren zieltjes. En zoekt Isle of Dogs (2016) niet uit hoe de liefde voor een hond zijn baasje uit een wrange dystopie kan halen?


Maar nog meer dan tevoren, lijkt Anderson met Asteroid City zijn eigen stijl te verantwoorden. Die kenmerkende, afstandelijke poppenkastvorm blijkt de ideale mal voor de rouwende personages, die zich liever rond een krater verzamelen dan het over hun verlies te hebben. Style om het niet over de substance te hebben.



Een moeder in Tupperware


Augie Steenbeck, Andersonveteraan Jason Schwartzman en spilfiguur van deze alienfilm, reist in de jaren vijftig met zijn vierkoppige kroost naar het obscure, droge en verzengende woestijndorpje uit de titel. Zijn zoon Woodrow is er om een medaille in ontvangst te nemen als jonge ruimtekundige. Het hele dorp is gebouwd rondom een meteorietkrater, en iedereen is er dan ook sterrengek. Net als Anderson zelf trouwens, hoe verklaar je anders dat zijn mozaïekvertellingen telkens bevolkt worden door de crème de la crème uit Hollywood?


In 'Them!' wekken de mieren blinde paniek.
Scarlett Johansson in 'Asteroid City'.

Doorheen de collage van Asteroid City loopt wel een rode draad: de zoektocht naar mogelijk intelligente levensvormen om de eenzaamheid van de personages te verjagen. De moeder van Augies kinderen reist immers mee in een felblauw potje Tupperware en Augie spreekt tegen zijn zin uit, dat zij zich misschien wel ergens tussen die sterren bevindt.


Stijl en onderwerp worden subliem met elkaar verweven, alsof Andersons vorige films oefeningen waren om tot deze synergetische structuur te komen.

Een oud zeer in Andersons oeuvre, is zijn gewoonte om vooral (witte) mannen aan het woord te laten. Jammer dat ook zijn meest recente film daar niet aan ontsnapt, hoezeer Scarlett Johanssons Midge Campbell ook het zwaargewicht van Asteroid City vormt. Zij reisde met haar dochter naar het stadje voor dezelfde medaille als Augies zoon. Midge is een bekende actrice met een ambivalente relatie tot haar eigen roem. Door haar eigen verdriet te gebruiken wanneer ze tekst inoefent met Augie, wordt ze daar niet alleen een betere actrice, maar ook een interessanter personage door.



Ingewikkelde raamvertelling


Maar dan wordt alles op z’n kop gezet tijdens ‘Asteroid Day’, dé hoogdag in het dorre Americanadorpje. Net dan komt er nota bene een alien een stukje komeet stelen (of is het geen diefstal als het ooit van jou was?). De bezoekers en inwoners worden in een quarantaine geplaatst, wat de existentiële crisis bij Augie, Woodrow en Midge alleen maar aandikt. Want what does it all mean? Om die vraag te beantwoorden, laat Anderson de kunst voor zich spreken.


De mensen die Anderson opvoert, zijn ondanks hun gekunsteldheid, vooral echt en herkenbaar.

In iets wat voor Andersonfans intussen als traditie mag bekendstaan, ontrolt Asteroid City zich niet als een directe, maar als een raamvertelling, een verhaal-in-een-verhaal. Een spel zo ingewikkeld, dat de film een collectie babooshkadoosjes wordt. De actie wordt namelijk afgewisseld met een zwart-wit televisiedocumentaire over het ontstaan van het verhaal, wat eigenlijk een toneelstuk blijkt te zijn. Die constructie bezorgt de bordkartonnen sets wel hun geloofwaardigheid, want het zijn de decors die in deze documentaire gebruikt worden. Niet alleen is Asteroid City een hoogstandje in Andersoniaanse humor, het is ook een voortzetting van de verhaal-in-het-verhaaltraditie die die humor draaiende houdt. Want wanneer de acteurs in de documentaire komen zeuren, heeft de regisseur maar één antwoord: ‘Just keep telling the story’.


Jason Schwartzman en Tom Hanks in 'Asteroid City'
Jason Schwartzman en Tom Hanks in 'Asteroid City'

Augie, Woodrow en Midge weten niet waarom de alien kwam, de acteurs weten niet altijd wat ze spelen, en niemand weet waarom we ooit als as in een potje Tupperware wederkeren. Asteroid City is een film die je vraagt te tobben over de zin van het leven en over de mogelijkheid om vrienden te zoeken tussen de sterren, maar je er dan aan herinnert dat je die toch niet zal vinden. Stijl en onderwerp worden subliem met elkaar verweven, alsof Andersons vorige films oefeningen waren om tot deze synergetische structuur te komen. De vermakelijke stijl van zijn wereld helpt ons de eindjes aan elkaar te knopen.


Wie Anderson verwijt veel poespas om een dun verhaaltje te wikkelen, zal ook deze keer op hun honger blijven zitten. Wie echter meegetrokken wordt door de stijl - die de lat weer een stuk hoger legt - en open staat voor de laagjes die die om het verhaaltje legt, blijft zeker plakken. De mensen die Anderson opvoert, zijn zoals in de beste Andersons, ondanks hun gekunsteldheid, vooral echt en herkenbaar.



'Asteroid City' speelt momenteel in de bioscoop.

 

Genoten van dit artikel? Neem een jaarabonnement op Humbug en ontvang elk kwartaal een oogstrelend magazine in je bus. Zo maak je meteen ook onafhankelijke filmjournalistiek mogelijk. Schrijf je hier in op onze wekelijkse nieuwsbrief.


bottom of page